Stilstaan aan de zee
en voorbij laten gaan.
Zelf zee zijn
en niets weten.
Niets en iets golven voort
en glimlachen tegen elkaar.
Stilstaan aan zee
en kijken naar de wolken.
Sta ik nou stil?
Of ga ik verder?
Nee,
de wolken gaan
en gaan…
en gaan…
Die ene vond ik mooi
die witte van daarnet.
(Toon Hermans)